vooruit een rekenkundige bewerking voor iedereen?
Rekenen is een essentieel onderdeel van de getaltheorie, en getaltheorie is een van de hogere secties van de moderne wiskunde, samen met algebra, meetkunde en analyse. De termen rekenen en hoger rekenen werden tot het begin van de 20e eeuw gebruikt als synoniemen voor getaltheorie, en worden nog wel eens gebruikt om naar een groter deel van de getaltheorie te verwijzen.
hee vooruit een rekenkundige bewerking voor iedereen?
De studie van prehistorische rekenkunde is beperkt tot het kleine aantal ontdekte artefacten, die kunnen verwijzen naar het concept van optellen en aftrekken, waarvan de bekendste de Ishango Great uit Centraal-Afrika is, daterend tussen 20.000 en 18.000 voor Christus, hoewel de interpretatie ervan wordt betwist.
De oudste schriftelijke verslagen geven aan dat de Egyptenaren en Babyloniërs al in 2000 voor Christus alle elementaire rekenkundige bewerkingen gebruikten. Deze artefacten onthullen niet altijd het specifieke proces dat wordt gebruikt om de problemen op te lossen, maar de kenmerken van een bepaald telsysteem hebben een sterke invloed op de complexiteit van de methoden die vervolgens worden gebruikt. Het hiëroglifische systeem van Egyptische cijfers stamt, net als latere Romeinse cijfers, af van de numerieke tekens die bij het tellen worden gebruikt. In beide gevallen resulteerde deze oorsprong in waarden die een decimale basis gebruikten, maar geen positionele notatie bevatten. Complexe berekeningen in Romeinse cijfers vereisen de hulp van een telbord (of Romeins telraam) om resultaten te krijgen.
Vroege getalsystemen die decimale positionele notatie bevatten, inclusief sexagesimaal (grondtal 60) voor Babylonische cijfers, en decimale (grondtal 20) definiërende Maya-cijfers, waren dat niet. Vanwege het plaatswaardeconcept heeft de mogelijkheid om dezelfde getallen voor verschillende waarden te hergebruiken bijgedragen aan eenvoudigere en efficiëntere berekeningsmethoden.
De voortdurende historische ontwikkeling van het moderne verslag begint met de Hellenistische beschaving van het oude Griekenland, hoewel deze later ontstond dan de Babylonische en Egyptische voorbeelden. Voorafgaand aan de werken van Euclides rond 300 voor Christus, waren Griekse studies in wiskunde verweven met filosofische en mystieke overtuigingen. Nicomachus vatte bijvoorbeeld de visie van de eerdere Pythagorasbenadering van getallen en hun onderlinge relaties samen in zijn werk Introduction to Arithmetic.