De voormalige Oostenrijkse munt, ook wel bekend als de Oostenrijkse gulden, was de officiële munteenheid van Oostenrijk tot de invoering van de euro in 2002. De munt werd voor het eerst geïntroduceerd in 1924 en diende als betaalmiddel voor de Oostenrijkse bevolking.
De Oostenrijkse gulden was onderverdeeld in 100 Groschen en werd geslagen in verschillende denominaties, waaronder munten van 1, 5, 10, 20 en 50 Groschen, evenals biljetten van 10, 20, 50, 100, 500 en 1000 gulden. De munt was populair vanwege zijn stabiliteit en duurzaamheid, en werd veel gebruikt in het dagelijks leven voor betalingen en transacties.
Na de invoering van de euro als de gemeenschappelijke munt van de Europese Unie, werd de Oostenrijkse gulden geleidelijk uit omloop gehaald en vervangen door de euro. Hoewel de munt niet langer gebruikt wordt als wettig betaalmiddel, blijft de Oostenrijkse gulden een belangrijk onderdeel van de geschiedenis en het erfgoed van Oostenrijk.
Tegenwoordig worden oude munten en biljetten van de Oostenrijkse gulden verzameld door numismaten en verzamelaars van over de hele wereld. Deze items worden vaak beschouwd als waardevolle en historisch belangrijke stukken, die herinneren aan een tijdperk waarin de Oostenrijkse gulden een symbool was van de welvaart en stabiliteit van Oostenrijk.